Archief

De Tilburgse School is een verbond tussen de vijf kunstenaars Paul van Dongen, Guido Geelen, Marc Mulders, Reinoud van Vught en Ronald Zuurmond. De vijf maken naam als een getalenteerde groep kunstenaars die zich met elkaar verbonden voelt waar het mentaliteit en motief, samenwerking en vriendschap betreft. Vanaf 1985 zijn in de museum- en galeriewereld de leden van de Tilburgse school in meerdere tentoonstellingen bijeengebracht. Daarnaast hebben ze zelf exposities geïnitieerd. Het bleef niet onopgemerkt dat er in Tilburg talent was verzameld. Jhim Lamoree betitelde de groep kustenaars voor het eerst als zodanig in een recensie over Reinoud van Vught in het Parool (1997). Vanaf dat moment leeft de naam verder in de media en hebben de kunstenaars zich de naam eigengemaakt. Hun wortels vinden de kunstenaars behalve in Tilburg, vooral in de geestelijke en picturale erfenis van 2000 jaar christendom en humanisme. Er is een wederzijdse herkenning in de behoefte heden ten dage nog steeds te willen werken met ambachtelijke technieken als aquarel- en olieverf, klei en brons, glas-in-lood, etsnaald en tapisserie.
Een van de mechanismen binnen de school is het steeds opnieuw naar voren halen van een gezamenlijk motief. Zo zijn er in het verleden binnen de thema’s Skulls, Pieta, Wortels/Roots, Pelgrimage en Eden nieuwe werken gegenereerd en nieuwe dialogen in gang gezet. Recent werd te Amsterdam, in opdracht van de Tilburgse School, een Ark van Noach gebouwd door de vormgever Piet Hein Eek om daarin de thema’s op te slaan. De Ark van Noach als een ‘schuilkerk’ om de waardevolle tekens te bewaren en zo de oversteek te wagen naar de andere oever. De Ark van Noach was eerder te zien bij de galerie Van Kranendonk op de Berliner Liste, bij de Nederlandsche Bank te Amsterdam en bij galerie Van der Mieden in Antwerpen.