Peter Buggenhout

Ongewerveld

28 mei - 18 sept 2011

Evenals in 2004 en 2008 organiseert De Pont een presentatie in het kader van Lustwarande ’11. Deze internationale beeldententoonstelling vindt deze zomer voor de vierde keer plaats in De Oude Warande in Tilburg en heeft het begrip RAW als overkoepelend thema.

Rauw en ongepolijst zijn de sculpturen van Peter Buggenhout (Dendermonde, 1963) zeker. Tegelijkertijd ogen ze kwetsbaar en vergankelijk. Ze zijn gemaakt van ‘verachtelijke’ materialen, spullen die geen functie of betekenis meer hebben en waarvan men zich het liefst ontdoet: bouwafval, verpakkingsmateriaal, afgedankte mallen, lappen plastic, gerafeld textiel maar ook paardenhaar, bloed, koeienmagen en huisstof. In de bakstenen gang van De Pont staan enkele van Buggenhouts sculpturen opgesteld op glazen tafels met een strak, ijzeren onderstel. De heftigheid van de werken contrasteert met de koele presentatie. De grote installatie in de centrale tentoonstellingsruimte is een ontzagwekkende constellatie van versneden en onherkenbaar geworden materialen, die schuilgaan onder een dikke laag huisstof. Afstand nemen is onmogelijk. De installatie ontvouwt zich in vele aanzichten en details, maar greep op de vorm krijgt men niet.

Behalve de vorm draagt ook de aard van het oppervlak sterk bij tot het specifieke karakter van de sculpturen. In de ‘stofbeelden’ zijn de vormen bedekt met een dikke laag stof. Het licht streelt de matte zachtheid van de huid en maakt de welvingen van het geaccidenteerde oppervlak zichtbaar. Paradoxaal genoeg plaatst het weefsel van grauwe pluizen en draden de sculpturen op een snijpunt in de tijd. Onder het neergedaalde stof gaan vormen schuil die verhalen van een turbulent verleden. Tegelijkertijd benadrukken de broze stofformaties de vluchtigheid van het moment en dragen zij een volgende metamorfose al in zich.

Peter Buggenhout begon zijn kunstenaarschap als schilder. Zijn aandacht voor de huid van de beelden laat zien dat hij dat in zekere zin is gebleven. Dat hij ruim tien jaar geleden stopte met schilderen en zich op de sculptuur richtte, kwam voort uit zijn behoefte om los te komen van iedere vorm van representatie. De sculpturen willen op niets anders lijken dan op zichzelf. Ze stellen niets voor. Ze zíjn iets: brokken materie, gevormd tijdens processen met een open einde. Buggenhout confronteert de kijker met een rauwe werkelijkheid, een werkelijkheid die zowel afstoot als fascinatie oproept.