Brabant 200. Het tweede eeuwfeest van de verzelfstandiging van Noord-Brabant werd op veel fronten gevierd. De Pont deed dat samen met het Noordbrabants Museum in 's-Hertogenbosch, De Beyerd in Breda en het Van Abbemuseum in Eindhoven met een serie tentoonstellingen onder de titel De Muze als Motor. De titel refereert aan de grote rol die de kunsten hebben gespeeld bij het tot bloei komen van deze provincie.
Het Noordbrabants Museum toonde de ontwikkelingen in de beeldende kunst tussen 1796 en 1940. In De Beyerd was een groot overzicht te zien van Brabantse kunstenaars die in de periode 1945 tot 1990 een rol van betekenis hebben gespeeld. Het Van Abbemuseum richtte zich op de jongste kunst en presenteerde 12 kunstenaars die na 1988 hun opleiding hebben voltooid.

In De Pont: Karin Arink, Rob Birza, Fortuyn/O'Brien, Henri Jacobs, Atelier van Lieshout, Marc Mulders, Roos Theuws, Moniek Toebosch,  JCJ Vanderheyden, Peer Veneman, Henk Visch. Het uitgangspunt voor de tentoonstelling in De Pont werd gevormd door de karakteristieke wolhokken. De kunstenaars reageren op de gelijkvormigheid van deze ruimtes, ze zetten die naar hun hand door ruimtelijke ingrepen toe te passen.