Rosemarie Trockel

Schwerte Duitsland 1952, woont en werkt in Keulen

Cogito, ergo sum
1988
gebreide wol op linnen
210 x 160 cm, ed. 3/3
1996.RT.10

‘Ik denk, dus ik ben’ is een beroemd citaat van de Franse filosoof René Descartes (1596-1650). Rosemarie Trockel heeft de oorspronkelijk Latijnse spreuk Cogito, ergo sum verwerkt in een ‘gebreid schilderij’. Zij heeft het citaat als titel en tekst gebruikt voor een werk dat geheel met de breimachine is uitgevoerd. De pluizige wol en de steken van het breiwerk zijn duidelijk herkenbaar. Op een egaal grijs vlak staat bovenaan de tekst in een enigszins onbeholpen handschrift, rechtsonderin is een zwart vierkant te zien. Techniek, tekst en beeld maken veel duidelijk over Trockels eigenzinnige kunstenaarschap.

De Duitse kunstenares Rosemarie Trockel (Schwerte 1952) is met haar ‘gebreide schilderijen’ (Strickbilder) bekend geworden in de jaren tachtig. In die tijd maakten veel -mannelijke- kunstenaars furore met het ‘nieuwe’ of ‘wilde schilderen’. Dit gold toen als een belangrijke ontwikkeling van hernieuwd expressionisme en als een reactie op de voorafgaande periode van de conceptuele kunst. Trockel becommentarieert haar collega’s met milde ironie door haar ontwerpen met een breimachine uit te voeren. Niet alleen relativeert zij hiermee het belang van originaliteit en persoonlijk handschrift, maar zij steekt ook de draak met het clichébeeld van het ‘typisch vrouwelijke’ breien. Tegelijkertijd ontkracht zij de uniciteit van het kunstwerk door de mechanische reproductie van het werk in een oplage van drie. Veel van haar Strickbilder tonen ook een seriële herhaling van bekende tekens en symbolen, zoals het wolmerk, de hamer en sikkel of de ‘Playboy-bunny’. Een aparte groep wordt gevormd door de Rorschach-Bilder (1991), een serie breiwerken waarop zogenaamde rorschachvlekken te zien zijn (een oude methode uit de psychiatrie waarbij symmetrische vlekken op associatieve wijze als figuratieve voorstellingen moeten werden geïnterpreteerd). De Pont toonde deze werken in 1993.

Ook met Cogito, ergo sum geeft Rosemarie Trockel een subtiel commentaar op haar positie als vrouwelijk beeldend kunstenaar. Het door de machine onhandig neergeschreven citaat is in filosofische zin te beschouwen als de basis van het rationalisme. Rationaliteit en verstand zijn lang als specifiek mannelijke kwaliteiten gezien, tegenover gevoel en intuïtie als typisch vrouwelijke eigenschappen. Trockel lijkt zich met dit statement tegen deze indeling te verzetten en zich de ratio als het ware toe te eigenen.

Het vlak rechtsonderin kunnen we interpreteren als het beroemde Zwarte Vierkant van de Russische schilder Malevitsj uit 1914. Dit schilderij geldt als een icoon van de moderne kunst en meer specifiek van het ‘suprematisme’. Met deze leer propageerde Malevitsj ‘de suprematie van het vrije gevoel uitgedrukt in voorstellingsloze vormen’. Het vlak refereert eveneens aan een werk van de Duitse kunstenaar Sigmar Polke; op diens schilderij Höhere Wesen befahlen: rechte obere Ecke schwarz mahlen! (‘Hogere wezens bevalen: rechter bovenhoek zwart schilderen!’, 1969) zien we inderdaad een zwarte rechterbovenhoek. Polke ironiseert de ‘goddelijke inspiratie’ voor het ontstaan van een kunstwerk.

Trockel gaat nog een stap verder door de machine het werk te laten uitvoeren. Met Cogito, ergo sum speelt zij een geraffineerd spel van opposities tussen ratio en gevoel, tussen concept en uitvoering, tussen het mannelijke en het vrouwelijke en tussen de verschillende betekenislagen die er in het kunstwerk verborgen liggen.