Prangenberg | Karstieß | Brehm

50 jaar EKWC

28 nov - 09 feb 2020

Ter gelegenheid van het 50-jarig bestaan van het Europees Keramisch Werkcentrum presenteert De Pont museum het werk van drie generaties Duitse kunstenaars die er in de afgelopen decennia artist-in-residence waren: Norbert Prangenberg (Nettesheim, 1949 – Krefeld, 2012), Markus Karstieß (Haan, 1971) en Stefanie Brehm (Bamberg, 1980). Prangenberg was van grote invloed op zowel Karstieß als op Brehm. In het kader van het jubileum van de werkplek, nu gevestigd in Oisterwijk, wordt voor het eerst het werk van de drie kunstenaars verenigd. Alle drie kunstenaars maken grote monumentale staande sculpturen die iets weg hebben van figuren of zuilen. Met de handen in de natte klei is het werk vanaf de grond de hoogte in gevormd. De een gebruikt een boetseertechniek, de ander maakt rollen klei en de derde gebruikt de draaischijf. De tentoonstelling is niet alleen een ode aan de keramiek, maar ook een eerbetoon aan het instituut dat beeldende kunstenaars inspireert en uitdaagt om met keramiek aan de slag te gaan.

De meest recente deelnemer aan het artist-in-residence programma is ook de jongste deelnemer, Stefanie Brehm. Keramiek in twee- of driedimensionale vorm dient bij haar vooral als ondergrond voor abstracte schilderingen. Zij werkt handgedraaide keramische zuilen glad af en beschildert ze met sprekende kleuren in glazuur. Een spannend proces: het is altijd onzeker of het resultaat na het stoken goed zal uitpakken.

Brehm studeerde bij de nestor van het gezelschap Norbert Prangenberg aan de Akademie der Bildenden Künste in München, waar hij in 1993 tot professor werd benoemd. Als schilder behoorde hij tot de bekende namen in de Duitse kunstwereld. Zo deed hij in 1982 mee aan Documenta 7 in Kassel waarvan Rudi Fuchs artistiek leider was. In de jaren negentig legde Prangenberg zich toe op het werken met gips, beton en keramiek. In die tijd werkte hij verschillende periodes bij het Europees Keramisch Werkcentrum. Prangenberg maakt gebruik van basisvormen en technieken die in de keramiek gangbaar zijn: vaasvormen en strengen van klei. Die strengen, uitgerekte cilinders van klei, maakte hij met de strengenpers. Honderden meters klei die hij vervolgens verwerkte tot grote expressieve beelden, liggend en staand, die niet alleen herinneren aan vaasvormen, maar ook aan menselijke figuren.

Prangenberg en Karstieß kenden elkaar persoonlijk. Bij de overzichtstentoonstelling van Prangenberg in 2019 in Keramiekmuseum Westerwald was hij bij de opening een van de sprekers. Zowel in de beelden van Prangenberg als die van Markus Karstieß hebben hun knedende handen zichtbare sporen achtergelaten. Karstieß, die Prangenberg in 2015 in München opvolgde en ook de klas van Brehm overnam, kneedt de klei waarbij hij tracht de linker- en rechterhand hetzelfde te laten doen. Het resulteert in abstracte figuren die doen denken aan Rorschachtesten. Driedimensionale figuren die ook verwant lijken aan totempalen.

Op 4 december 1969 werd in Heusden de Keramische Werkplaats opgericht. In 1991 verhuisde het als Europees Keramisch Werkcentrum naar 's-Hertogenbosch en sinds 2015 is het centrum gevestigd in Oisterwijk. Als postacademische instelling zet het zich in voor de ontwikkeling van keramiek in de beeldende kunst, toegepaste kunst en architectuur. Het functioneert als kenniscentrum en als artist-in-residence. Het instituut biedt plaats aan kunstenaars uit de gehele wereld. Bekende kunstenaars als Marien Schouten, Rob Birza, Guido Geelen, Anish Kapoor, Berlinde De Bruyckere en Bettie van Haaster, allen vertegenwoordigd in de collectie van De Pont, hebben ook gewerkt bij het EKWC.